Pelgrims Thomas en Renée

Pelgrims Thomas en Renée
Klik op de foto en ga ook naar onze website!!

vrijdag 3 augustus 2012

Dag 8 Terug naar de "Multisleur"



Dag 8 Terug naar de “Multisleur”


Na gisteren nog te hebben genoten van de sfeer in Santiago de Compostela is het vandaag vertrekdag.
We gaan kijken om op een of andere manier weer in Portugal kunnen komen.
Dat blijkt als we op het treinstation van Santiago zijn nog niet zo eenvoudig.
De treinen lopen niet zo frequent als dat we dachten en daarbij is het ook nog weekend.
Op het station staan al fikse rijen voor het loket. We zijn echt niet de enige Peregrino’s die willen vertrekken.
Als we aan de beurt zijn vragen we hoe wij het beste kunnen reizen.
De man achter het loket begint te fronsen met zijn wenkbrauwen als we hem vertellen dat wij naar Valenca do Minho in Portugal willen.
Het beste kunt u naar Vigo en daar moet u het nog maar eens vragen.
Goed, we kopen twee kaartjes, maar de trein die kant uit vertrekt pas over een goed uur. Dus dan maar aan de koffie.
Na een uur gaan we richting Vigo. De reistijd zal ongeveer anderhalf uur zijn.
Als we aankomen op het station gaan we eerst maar weer eens naar een balie.
De juffrouw achter de balie kijkt heel zuur  als wij haar de vraag stellen hoe we in Valanca do Minho kunnen komen. Als ze hoort dat we dat vandaag graag nog willen doen kijkt ze zo mogelijk nog zuurder. Vanavond om half 8 is de eerste mogelijkheid maar het is nu pas 12 uur! Dat wordt pas echt afzien.
Dit is nog eens wat anders als een beetje wandelen op de camino!!
Geschrokken vragen wij of er nog andere mogelijkheden zijn eventueel met een bus.
Dat kan ik niet zeggen zegt ze. Het busstation is hier 4 km. vandaan dan moet u een taxi nemen. En dat doen we dus taxi geregeld en op pad.
Aangekomen bij het busstation gaan we eerst maar weer eens naar de infobalie.
Hier zit een man die ons aankijkt als we de vraag stellen of er een bus naar Valenca do Minho gaat. “Ja, vanavond om 7 uur, maar u kunt wel met de bus naar Tui en die vertrekt over 10 minuten”.
Het is een mega busstation en nu moeten we rennen met de rugzakken op om deze bus nog te halen.
De bus staat er gelukkig nog en nadat de bagage onderin de bus is gedumpt en de kaartjes zijn aangeschaft gaan we op pad. Het is in ieder geval weer wat meer in de richting van onze Multisleur.
Met ons is ook een echtpaar met een kind ingestapt en zij nemen plaats in het midden van de bus. Na enkele kilometers komen ze naar voren en nemen naast ons plaats aan de linkerkant.
De vader is in het bezit van een familiezak chips die hij werkelijk in record tijd in zijn eentje soldaat maakt. Het smakkende geluid vult zo ongeveer de hele bus.
Bij iedere stop van de bus gedraagt de man zich zeer neurotisch als het luik waar de bagage ligt opengaat. Hij is kennelijk bang dat passagiers die uitstappen zijn koffers meenemen en hij drukt zijn hoofd zo ongeveer door de zijruit.
Na 35 minuten stappen we uit in Tui en gaan we eerst maar eens lunchen.
Daarna lopen we naar het VVV kantoor en vragen we hoe we naar Valenca do Minho kunnen komen. Dat is simpel, horen we, je gaat met een taxi en die staan in het zijstraatje vlakbij het VVV kantoor.
En ja hoor de taxi staat er en we kunnen weer verder naar het treinstation van Valenca do Minho.
Het is niet ver maar je moet via de stalenbrug die de linker en rechter oever van Spanje en Portugal verbindt. De brug is niet zo heel breed en wordt met stoplichten geregeld.
Natuurlijk treffen wij het dat een onverlaat het toch in zijn hoofd haalt aan de andere kant door het rode stoplicht te rijden. Dan kom je neus aan neus te staan en gaat er niets meer. Uiteindelijk komt het toch goed en worden we keurig afgezet bij het treinstation in Valenca do Minho.
En weer is de vraag bij het loket:” Hoe laat gaat er een trein naar Vila Nova de Cerveira?”. Dat is om 19.30 uur en het is nu pas tegen tweeën.
Gea van de camping had bij ons vertrek gezegd dat ze ons ook wel wilde ophalen in Valenca do Minho of in Vila Nova de Cerveira.
Dus bellen we Gea. We zijn in Valenca do Minho en er gaat geen trein voor vanavond half 8 vanavond, schikt het je om ons op te pikken.
Dat moet ik even overleggen want het is op dit moment nogal druk dus kunnen we eigenlijk niet weg zegt ze maar we gaan het proberen. Staan er geen taxi’s vraagt ze.
Maar die zijn op dat moment niet voorhanden.
Na 20 minuten komt er toch een taxi en hij wil ons wel brengen.
Ik bel snel Gea en zeg dat het al geregeld is en dat we onderweg zijn.
Maar dan komt het: de taxichauffeur kent het adres van de camping niet en belt met de centrale. Die geven ongeveer de goede richting aan, maar we hebben al snel in de gaten dat het niet helemaal safe is.
De chauffeur vraagt ons nogmaals het adres van de camping en belt met Gea die hem ook uitlegt hoe je er moet komen We rijden weer een stukje en dan komt er van de andere kant een collega taxichauffeur en er wordt weer stevig onderhandeld waar het adres nu precies is. Ook nu wordt de taxicentrale weer ingeschakeld.
Na tien minuten zijn ze er uit. Nog een km. of 3 de berg op en we staan weer oog in oog met de “Multisleur”


 Peregrino zijn is zwaar maar een stukje van 140 km. met trein,taxi,bus taxi,taxi is nog veel zwaarder !! 

                    Voor foto en video klik op de link hier onder!!

         http://www.youtube.com/watch?v=xezh94pFYDw

                 Langs pelgrims steden en wegen de link hier onder
           
          http://www.youtube.com/watch?v=kfcVcOBPjX8

Beste volgers, vrienden en bekenden,

Al onze boeken zijn nu online bij www.mijnbestseller.nl  gepubliceerd! 
Na veel uren van zwoegen achter mijn PC, de nodige - tijdelijke - writers blocks en wat 'geniale ingevingen' zijn ze nu eindelijk klaar en wij zijn er ontzettend trots op.

Hieronder staat een korte omschrijving van onze boeken:
Als kleine jongen mocht ik helpen met het bouwen van mijn vaders eigen caravan. Nadat het project klaar was togen wij ieder weekend, als het weer dat toeliet, er op uit.
Vanaf dat moment heeft het kampeervirus mij besmet en ben ik nog steeds niet genezen. Nu 55 jaar verder zijn we nog steeds zeer actief bezig met het bedenken van allerlei reizen en nieuwe vormen van kamperen.
Het resultaat kun je lezen in de reisverslagen in deze boeken.
We hebben Europa verdeeld in twee delen. Zuidoost Europa (Griekenland, Turkije, Albanië, Kroatië) en Zuidwest Europa ( Portugal, Spanje en Frankrijk.)
Marokko in Noord Afrika met een trekking in de Hoge Atlas.
We zijn te voet  met rugzak, met een daktent, en niet te vergeten ons eigen ontwerp de "Multisleur" door 16 landen op (stroop)tocht geweest. Waardevolle ontmoetingen met verschillende culturen. Verhalen met een knipoog.
Veel leesplezier.

                                     
Met vriendelijke groet, Thomas & Renée Schoots.





      

Dag 7 Padron naar Santiago de Compostela

Dag 7 Padron naar Santiago de Compostela.


Om kwart voor zeven zijn we bij Pepe voor het ontbijt.
Hij maakt toastbrood met heerlijke marmelade en koffie of thee.
We kunnen net zoveel krijgen als we maar willen want zegt Pepe, “Het is nog een heel zwaar stuk naar Santiago de Compostela (het is nog 25.2 km. lopen) en de eerste Pelgrims komen hier al om rond zes uur voorbij”.
Als we naar buiten kijken zien we inderdaad hele groepjes in het donker verdwijnen.
Het is wat lastig het juiste pad te vinden daarom sprint Pepe om de haverklap naar buiten om te zeggen waar de pelgrims heen moeten.
Pepe is echt een topvent die je erg graag ten dienste staat.

Het buikje zit vol en na hartelijk afscheid te hebben genomen van Pepe gaan we ook op pad voor het laatste stuk.
We beginnen op zeeniveau en stijgen dan langzaam naar 262 meter, het hoogste punt voor vandaag.
Ook zien we veel fietsers, vooral op mountainbikes; die zijn het meest geschikt voor dit werk.
De fietsers hebben het zeker niet gemakkelijk om onderdak te vinden. Het is een groot probleem voor hen om huisvesting te vinden na iedere etappe.
De regel is dat de lopende pelgrim altijd voor gaat en zij moeten wachten, vaak tot in de avond, of er nog een bed overblijft.
Na twee uur maken we onze eerste stop om wat bij te eten en te drinken.
Op de route hebben we dan al diverse groepjes gepasseerd die wat vaker een rustpauze inlassen.
Er is een groepje van 8 tot 10 pelgrims die we laatste dagen al diverse malen hebben gepasseerd. Het loopvermogen van dat groepje levert een onrustbarend traag tempo op en de intervallen van pauzeren ook.
Er zijn enkele pelgrims bij die kijken of ze hun laatste oortje allang hebben versnoept.
Juist op zo’n laatste dag zou je zeggen: kop op, het is nog maar een stukje.
Maar als geen ander weet ik ook wel dat “op is op” hier natuurlijk ook geldt en dat  praten ook geen wonderen meer kan verrichten en dat nu alleen “samen uit, samen thuis” nog op gaat.
Langzaam maar zeker naderen we de stadsrand van Santiago. Het verkeer wordt steeds drukker.
Het mooie van de camino Portugues is dat ze kans hebben gezien je heel  lang van het razende verkeer weg te houden.
Op het hoogste punt van deze laatste etappe zo’n 8 km. voor de stad zien we voor het eerst de Kathedraal liggen. Dat is voor sommige mensen  een aangrijpend moment. In de wegkant zit een pelgrim en zegt met verstikte stem:” Daar is het, heeft u hem ook al gezien?”
Geleidelijk dalen we richting het centrum nog 7 km voor de finish krijgen we nog een prachtige Maria kapel op onze route te zien. Een student vertelt lyrisch over deze kapel en we krijgen van hem ook de laatste stempel.

Op het bord boven de kapel staat nog 5.2 km te gaan, dit is echter niet zo, het is echt nog 7 km.
We zijn net de groep van 8 strompelende pelgrims weer gepasseerd en als die dit lezen en later op het officiële paaltje de juiste kilometerstand te zien krijgen zie je dat de moed uit hun sandalen sijpelt.
Op nog ongeveer 5 km. van het centrum maken we nog een pitstop om lekker wat bij te eten.
En weer, na 20 minuten, arriveren onze vrienden.
De gezichten staan nu toch wat vrolijker. Met nog een uur en een kwartier te gaan kan deze missie niet meer stuk.
En dat geldt uiteraard ook voor ons, alles heeft tot nog toe meegezeten.
Perfect weer vanaf de eerste wandeldag, geen spat regen en met een zonnig humeur  hebben we alle dagen gelopen.
Geen enkele blaar of ander ongemak heeft ons parten gespeeld.
Iedere nacht hebben we in een goed bed kunnen slapen om ’s morgens met veel plezier weer op pad te gaan.
Het is toch een rijkdom om dit mee te maken en fluitend gaan wij aan de laatste vijf km. beginnen.
Na zeven uur lopen zijn we op het grote plein voor de Kathedraal en zien we de een na de ander de telefoon pakken om te melden dat zij er ook zijn; een prachtig gezicht.

Na het tafereel op het plein te hebben bekeken gaan we ons melden bij “de office” die ons na het controleren van de stempels het officiële document overhandigd.
Terwijl we op de trap staan te wachten tot we aan de beurt zijn hoort Renée in het Nederlands dat 2 studenten? voor ons bij thuiskomst eerst een lijstje willen kopen bij “de Action”.
Renée raadt hen aan iets meer geld uit te geven voor zo’n waardevol document als de Compostela waar je zolang voor heb moeten lopen.
Ze zeggen het in overweging te nemen maar dat ze dan eerst wat spaargeld moet vergaren. Ze hebben de laatste dagen buiten de nacht door gebracht omdat de prijzen van de Albergue met stip stijgen als je in de buurt  van Santiago de Compostela komt. “Dat is alleen ’s morgens vroeg een beetje koud, verder lukt dat prima!”.


Zo komt er voor ons ook een eind aan deze geweldige ervaring. Terug naar de roots,
nadenken over het leven en tevens genieten met iedere vezel van je lichaam.
Blij dat we dit kunnen doen en een aanrader voor iedereen die eens wat wil filosoferen over het leven en gelijk een brok cultuur wil opsnuiven.
Morgen zijn we pelgrim af maar we zullen er vast vaak aan terug denken.








Groet dos Peregrino’s Renée en Thomas

 

woensdag 1 augustus 2012

Dag 6 Caldas de Reis naar Padron



Dag 6 Caldas de Reis naar Padron

Op water en brood gaan wij vandaag op pad. Er is nergens nog een Pateserie zaakje open om ons te voorzien van de nodige koolhydraten.
Volgens het kaartje moet er na vijf kilometer een eetgelegenheid zijn.
Het eerste stuk is een beetje saai, weer die N550 die opduikt en een paar keer moeten worden overgestoken.
En dat doe je niet voor je plezier; als er een ton of 50 op je afkomt, is het rennen voor je leven. Sommigen maken veel ruimte, maar er zijn er ook bij die de slaap nog uit hun ogen zitten wrijven, linke soep dus.
Maar na een km. of 3 is de ellende voorbij en komen we weer in landelijk gebied met prachtige vergezichten.
De maïshuisjes nemen de overhand in het landschap en de druivenranken worden minder en minder.
Na 5 km. krijgen we een aanduiding dat er een snack te halen valt en daar zijn we aan toe. Water en brood is niet alles.


Als wij het barretje binnen komen is het al een drukte van belang.
Veel pelgrims krijgen naarmate de eindstreep nadert steeds meer haast.
Binnen een km. van elkaar zijn we zeker met wel 35 tot 40 pelgrims die constant om elkaar heen draaien.
Dan pauzeert de een en dan de ander zodat je elkaar steeds weer ziet.
Net als we binnen zijn komt ook de Belgische familie de bar binnen.
De tafel naast ons is nog vrij en ze strijken neer nadat ze ons eerst vriendelijk hebben gegroet.
En weer het zelfde ritueel: de dochter bestelt koffie met melk voor vader en een sterk bakje zonder melk voor moeder plus een chocolade broodje.
Dat broodje wordt vakkundig in vieren gedeeld en opgepeuzeld.
Het volgende ritueel had ik ook nog niet zo vaak gezien.
Bij de koffie met melk wordt het kannetje met opgeschuimde melk op tafel gezet.
Dit wordt door de dochter met een lepeltje vakkundig tot de laatste druppel leeg gelepeld.
En dan volgt er een eindeloze discussie of er een of twee stokbroden mee moeten voor onderweg.
Het worden er twee en het lijkt dat er een stevige lunch volgt op het in vieren gedeelde chocolade broodje.
Er volgt een stempel in de credencial en de familie gaat weer op pad.
Wij hebben inmiddels ook de traditionele croissant achter de kiezen en besluiten ook maar weer eens verder te gaan want de dag is nog lang.
Het stuk wat nu volgt is erg mooi langs de Rio Bermana en vervolgens langs de Rio Valga. Vlak voor Padron doet zich een merkwaardig fenomeen voor.
We worden aangehouden door een controleur die de credencials van ons wil zien en daarbij aantekeningen maakt in een map.


We vragen waarvoor dit is. Hij legt uit dat alle pelgrims geteld worden zodat men weet hoeveel er op die dag richting Padron lopen en hoeveel slaapgelegenheid er moet zijn.
Daarbij zegt hij gelijk dat het vandaag zeer druk is en dat slapen in een Albergue peregrino bijna niet mogelijk is.
Maar zoals op de voorgaande dagen hebben wij gisteren al een bedje geregeld.
En dat nog wel in de mooiste Hostal dat Pedron rijk is.
Net als we op weg zijn naar de Hostal word ik op de schouder getikt door de vader van de Belgische familie met een enorm rood hoofd (van de warmte of van de stress?) vraagt hij of ik weet waar de Albergue peregrino is.
Onderweg had ik gezien dat dochter en zoon het looptempo duidelijk hadden verhoogd.
Nadat zij ook bij de controleur te horen hadden gekregen dat de Albergue al zo goed als vol is werden zij min of meer vooruit gestuurd om een paar bedden te bezetten.
Ik wijs hem de weg waar hij erg gelukkig van wordt. Zo hoort het ook bij perigrino’s onder elkaar.
Later die middag bezoeken we de St. Jacobskerk waar Jacobus, de patroonsheilige van deze camino, per boot aan land zou zijn gekomen. De resten van de meerpaal zijn te zien in deze kerk.


Op verzoek wordt door een suppoost van de kerk het licht bij het altaar aangestoken.
Op de terugweg naar de Hostal om even uitgebreid in bad te gaan worden wij aangesproken door Pepe.
Hij heeft een kleine bar in de buurt van de St. Jacobskerk en is zeer begaan met de pelgrims. Morgen, zegt Pepe, ben ik al om vijf uur open, als je dan een ontbijt wilt kan ik er voor zorgen.
We worden uitgebreid geknuffeld en moeten met hem op de foto.
Hij laat ook de boeken zien waarin alle pelgrims hebben gesigneerd en is daar geweldig trots op.
We beloven hem om morgen het ontbijt bij hem te nuttigen maar dan wel  om 7 uur en niet om 5 uur. De deal is gemaakt.
En zo is ook dag 6 ten einde, morgen nog 1 te gaan dus de finale!!

Dag 5 van Pontevedra naar Caldas de Reis



Dag 5 Pontevedra naar Caldas de Reis

Gisteravond na de maaltijd even snel bij de bakker geïnformeerd hoe laat hij ’s morgens open gaat.Dat is om 7.30 uur, een mooie tijd om de dag te beginnen. Even een café con leche met een broodje en dan op pad voor dag 5.
Vandaag is het 23 km. naar Caldas de Reis. Het eerste stuk de stad uit is snel gepiept, over een fraai gedecoreerde brug verlaten we Pontevedra.
De volgende 5 km. worden we langs de N550 gejaagd en dat is geen pretje. Ik hou dan ook angstvallig de bewegingen van de chauffeurs in de gaten dat ze niet al te dicht onze richting kiezen.
Maar na die 5 km. komen we in een heel fraai natuurgebied terecht.
We besluiten gelijk maar weer aan de koffie met koek te gaan omdat de reisgids vermeld dat er verder op deze route niet al teveel mogelijkheden zijn om de inwendige mens te versterken.
Na ongeveer 10 minuten krijgen we gezelschap van een Frans sprekend gezin dat ook bezig is de camino te lopen.
Ze duiken op het terras en de schoenen gaan uit om de voeten een beetje te luchten.
De oudste dochter gaat in bar de consumpties bestellen en komt terug met een koffie met melk en een koffie zwart.
Heel voorzichtig gaat bij moeder de tas open en er worden wat koekjes te voorschijn getoverd en genuttigd. De kinderen krijgen verder niet iets te drinken en dat vinden we toch een beetje raar bij zulke temperaturen.
Maar er zijn natuurlijk nog ouders die vinden dat kinderen Spartaans opgevoed moeten worden en mijn gevoel zegt dat dit zo’n echtpaar is.
Na twintig minuten vertrekken wij weer en worden door de vader in het Nederlands aangesproken. Het blijkt dat ze uit Luik komen.
Ik maak hem mijn complimenten voor het Nederlands wat hij spreekt.
Hij wuift dat weg en zegt alleen een klein beetje onze taal machtig te zijn.
We wensen elkaar Bom camino en gaan verder op pad.


De route wordt nu als maar mooier, we lopen o.a. onder de wijnranken door.
Deze zijn speciaal langs hoge betonpaaltjes gezet zodat er ook nog eventueel een gewas onder kan groeien, een zeer fraai gezicht.
We genieten echt met volle teugen en hebben al diverse malen tegen elkaar gezegd dat dit niet voor het laatst is dat we deze capriolen uithalen.
Het is een verademing om zo te genieten en alleen maar bezig te zijn met: waar kan ik wat te eten krijgen en is er ergens nog een bed beschikbaar?
De sores van alle dag vergeten en alleen maar genieten in optimaforma.
Na zeven uur bereiken we Caldas de Reis en net als de voorgaande avonden hebben wij telefonisch een bed besproken en dat werkt prima.
Na een goede douche gaan we op zoek naar een oude Romeinse brug die in het dorp moet zijn. Een bezienswaardigheid op zich.


Naast deze brug is ook de Albergue peregrinos waar we even naar binnen gaan om te kijken.
Hij ligt al helemaal vol met ronkende pelgrims en ook zie ik het Belgische echtpaar met hun zoon en dochter hier in de Albergue.
Het is pas vier uur in de middag en nu is er al geen bed meer vrij.
We merkten het vandaag op de camino al dat er veel pelgrims zijn die met elkaar een verbond sluiten om samen te wandelen en elkaar er doorheen te slepen.
Je ziet ook de meest exotische uitdossingen: met een zelf gesneden Jacobs staf inclusief kalebas en schelp, met of zelfs bijna geen schoeisel aan.
En je ziet aan de gezichten dat het grote lijden is begonnen.
Wij vinden dat het een geweldige uitdaging is en het moet niet lijken op een strooptocht naar de hel!!
Het is vandaag 18 juli ’12 Renée en ik kijken elkaar aan. Een hele bijzondere dag.
Vandaag is het 33-55-66 en dat vraagt uiteraard om uitleg.
Precies 33 jaar samen, Renée is 55 jaar jong en Thomas is 66 jaar oud.
En daarmee is deze quiz ook weer opgelost.
Dat moet toch ook een beetje gevierd worden met een glaasje rood en een menu del dia vinden wij.
We kiezen voor een locatie aan het water en gaan er eens goed voor zitten.
Maar de pechduivel slaat toe. We hebben in al die tijd dat we nu in Spanje zijn nog niet zo slecht gegeten en dat is jammer.
Maar gelukkig hebben elkaar nog (en de foto’s) en we gaan op naar 44-66-77!!

Einde van dag 5. 

zondag 29 juli 2012

Dag 4 Redondela naar Pontevedra


Dag 4

Als je net lekker ligt te tukken en je hoort een hoop herrie dan denk je:” hoe kan dat nou?”
Al snel blijkt dat zich nog een paar late gasten hebben aangemeld bij de uitbater.
En aangezien iedere euro er een is zijn ze waarschijnlijk met veel egards ontvangen.
Als je dan denkt helemaal alleen in een Albergue te zijn dan kan ik mij voorstellen dat alle riemen los gaan.En als je dan ‘s morgens ineens meer geluid hoort uit andere kamers, dan is dat even schrikken.
Dat overkwam een drietal dames bij ons in de Hostal die heel laat aangereisd kwamen uit Leon om de volgende dag ook een aantal dagen te gaan lopen op de camino.
Een mooi gezicht als gelijktijdig de deuren open gaan en een van de dames, nog half naakt, zich richting de herendouche spoed. Ik ben haar net voor, jammer!!
Het wordt ook onmiddellijk stil nu ze ontdekken dat wij er ook zijn.
(Standaard kwart voor zeven staan wij op.)
We hebben de avond daarvoor al gekeken welke bakker er het eerst open is voor een stevig ontbijt. Op slechts 100 meter kunnen wij al aanschuiven. Een reuze croissant en nog wat goed bedoelde snacks en we kunnen weer los vandaag. Er wacht een bijzonder zware dag. De weersvoorspellingen zijn dat het vandaag zeker ver boven de 30 graden wordt. En dat op een van de zwaarste dagen van deze onderneming met behoorlijk wat hoogteverschillen. Er zijn stijgingen tot wel 35 procent over een zeer rotsrijke bodem en losliggend gesteente.
Wij denken dat we zeker een uur of 6 nodig hebben als het er geen 7 worden,
Ook de 3 dames beginnen aan hun avontuur. De stad uit hebben ze nog veel lol met elkaar maar de stemming slaat snel om in gesteun en gekreun omdat het niet allemaal vanzelf gaat.
In het eerste stuk zit ook nog een prachtige brug en net als we die gepasseerd zijn horen we boven ons hoofd een papagaai constant roepen:” Agua, Agua, Ola, Ola”
.
Wat zoveel betekent als Water, water, hallo, hallo.
Het toeval treft dat deze vogel precies boven een barretje zit en ik de uitbater verdenk hem daar te hebben gestald om zo mensen voor zijn terras te strikken.
We hebben de pas er aardig in en zijn goed gewend aan het ritme van vroeg opstaan en aan het dragen van de rugzakken.
Na drie en een half uur nemen we een pauze om ook weer wat bij te eten en drinken.
En dan duikt Anna ineens weer op. Ze wordt hartelijk begroet door ons.
Ze vraagt aan ons of het goed is dat ze een stuk met ons oploopt.
En tijdens de laatste paar uren horen we het een en ander van haar.
Ze was tolkvertaalster in Spaans en Arabisch maar is bezig met omscholing als verpleegster en wil dan in de ontwikkelingshulp.
En dan komt ook het verhaal dat ze tijdens deze pelgrimstocht behoorlijk ziek is geworden. Een nierbekkenontsteking was er de oorzaak van dat ze 3 dagen moest rusten en een behoorlijke dosis antibiotica moest slikken.
Dat betekent voor haar in Pontvedra het einde van deze tocht, omdat ze anders het vliegtuig mist naar Berlijn.
Onwillekeurig gaan mijn gedachten terug naar de dag dat ik Anna voorovergebogen zag liggen in de brandende zon en dat met een behoorlijke dosis antibiotica in je lijf.
Zeer gevaarlijk denk ik en gelukkig goed afgelopen.
Maar triest is het wel als je er op verheugt om de camino tot een goed einde te brengen.
Vlak voor Pontevedra worden we opgevangen door een man op een fiets.
Hij biedt ons een Sint Jacobs schelp aan. Hij is heel begaan met het fenomeen pelgrim.Even later zegt hij dat er een pad is waardoor je niet in de brandende zon hoeft te lopen( het is inmiddels 32 graden ) maar door het bos.
We gaan op de uitdaging in en zien dat hij er een soort alternatieve camino van gemaakt heeft, met zelf ontworpen richtingaanduiding.
Maar wel lekker om onder de bomen het laatste stuk te wandelen en zeker voor Anna want die zit er wel een beetje door zo te zien.
Met een half uur zijn we aan de grens van Pontevedra en daar is gelijk de Albergues perigrino en het station.
We nemen afscheid van Anna en wensen haar verdere beterschap en succes met haar opleiding.

Wij moeten nog een stuk verder op zoek naar de Hostal die we geboekt hebben.
En dat is niet eenvoudig. Niemand kent het adres en ook de hostal niet.
Uiteindelijk brengt een taxichauffeur redding en wijst precies waar moeten zijn.
Na lekker opgefrist te zijn gaan we op zoek naar de Peregrina want die bestaat ook.
Haar beeltenis staat in een prachtig schelpvormig gebouw en zij is gelijk Patrones van Pontevedra.



Ook bezoeken we nog de Basilica Santa Maria la Mayor
We lopen de stad nog een beetje door en besluiten de dag met een maaltijd op het terras. En dat is dag 4: heet en” zwaar”, maar de helft zit erop en nog steeds lopen we  met veel plezier!!   
     
 
          

Dag 3 O Perinno naar Redondela


Dag 3

Om 7.45 uur vertrekken we uit ons hostel. Om de hoek is een bar die een ontbijt serveert al open. We bestellen 2 croissants, dat zijn complete maaltijden in Spanje en een koffie en thee.
Voor de bar staan nog 3 pelgrims nog gauw een pakje sigaretten weg te paffen voor zij ook op weg gaan.
Vandaag is het zeker geen makkie. Het gaat richting Redondela flink omhoog en er zijn een aantal lastige passages bij. Bijvoorbeeld: echt de Romeinse weg zoals hij bedoeld is, met grote brokken steen en zeer steile stukken.
Na een uur of anderhalf zijn we in Mos, een klein oord waar ook een Albergues is waar pelgrims kunnen overnachten.
Even voor de herberg word ik aangesproken door iemand die met een auto de berg af komt zakken. Hij vertelt in rap Spaans dat we alle zegen krijgen en overhandigt mij een kleine Jakobsschelp, mooi met een stift bewerkt en hij benadrukt dat dit ons geluk zal brengen.
We kijken even in de herberg waar de laatste pelgrim net uit de douche komt en nog op weg moet gaan. Er staan 12 stapelbedden op een rij en het ruikt er ook niet bepaald fris.
Aan de overkant is een klein barretje waar wij de stempel krijgen en waar we gelijk maar een pakje Serano jamon(= ham) meenemen voor op een stuk stokbrood voor de lunch. We hebben intussen geleerd om te zorgen dat er voldoende mondvoorraad is en niet om te komen van honger en dorst.
Vanaf de herberg gaat het echt Spartaans steil omhoog. Af en toe kijk ik naar Renée. Ik snap het niet dat zij zonder noemenswaardige training zo iets kan.
Een rugzak van 8 kg. meezeulen dat doe je niet zomaar, maar Renée schijnt daar geen last van te hebben.
Ze zegt dat ze zich er op ingesteld heeft en het ook nog heel leuk vindt en dan kan een mens veel!






We lopen door naar Santiaguino de Antas en zijn dan voor vandaag op het hoogste punt; 232 meter boven zeeniveau. Dat lijkt niet veel maar telkens kom je weer terug op nul omdat de zee hier hemelsbreed niet ver vandaan is.
Even voorbij een bushokje zie ik een paar afgetrapte schoenen liggen, waarschijnlijk achtergelaten door een pelgrim.

Terwijl ik een foto maak, duikt ineens Anna weer op. Ze zegt ons al eerder gezien te hebben die morgen, toen zij zat te ontbijten.
Ze loopt een stuk met ons mee en vertelt dat dit haar tweede pelgrimstocht is.
Eerder had ze de camino primitivo ook al gedaan, die komt van het noordoosten van Gallicië. Maar qua natuurschoon wint deze het met verve zegt ze.
Na een uur samen te hebben gewandeld gaan wij het stokbrood met jamon maar eens wegwerken en Anna gaat nog een stuk verder richting Redondela.
Om omstreeks 12.45 uur zijn wij ook in Redondela en zien nog juist het Duitse paar voor ons die de kilo’s pruimen hadden gekregen.
Zij moeten veel haast maken en moeten vandaag een extreem lange dag maken om maar niet het vliegtuig te missen.
Voor het eerst moeten we ook gebruik maken een Albergue peregrino.
Weliswaar een privé onderkomen, maar toch. We wachten keurig tot 13.00 uur, dan pas kun je gebruik maken van de faciliteiten van de Albergues peregrino.



We zien dagelijks de meeste pelgrims in een lange sprint spurten om maar als een van de eersten voor de deur van de Albergue te gaan liggen om zo van een bed verzekerd te zijn voor 5 euro.
In de privé Albergue betaal je iets meer per persoon, maar de kans is groot dat je toch een eigen kamer krijgt en maar met 4, 6 of maximaal 8 pelgrims de kamer moet delen.
Dit keer hebben wij geluk. De deur gaat open (ook al zien we niemand) en we instaleren ons in een 4 persoonskamer.
Ik bel nog voor de zekerheid of het goed is maar de uitbater zegt dat het geen probleem is.
Even later komt er iemand aan de deur en vraagt aan mij of ik een kamer voor een nacht heb. De man lijkt wel een ontplofte meloen. Hij heeft een heel opgezwollen gezicht van de warmte
Hij legt mij uit dat ze van de kust komen en dat daar de bewegwijzering van de camino een hel is en zijn vrouw en dochter al een paar dagen 30 km. en meer hebben gelopen. Ze zijn behoorlijk uitgeput. Nu staan zijn vrouw en dochter in de rij bij de Albergue, maar het is zo druk dat hij bang is dat er weinig kans op een goede nachtrust is. Hij is daarom op zoek naar een alternatief.
Na hem te hebben uitgelegd dat ik niet de uitbater ben maar een klant, heb ik hem het telefoonnummer van de eigenaar gegeven en had hij snel een bed voor de familie.
De tip in het boekje van Stein om toch vooral bij restaurant Nautilus te gaan eten en dan het pelgrimsmenu te nemen, nemen we graag ter harte.
Maar!! Helaas Nautilus is op maandag dicht, jammer.
Eerst maar een wijntje en dat drinken ze hier uit een stenen mok die eerst wordt ingevroren!
  
 Dan maar op zoek naar een vervanger en dat lijkt in eerste instantie niet zo gemakkelijk. In Spanje heb je vaak een bar, annex eetgelegenheid, maar deze keer zien we steeds alleen een bar. We lopen toch een van de kroegjes in om te vragen waar we kunnen eten. De uitbater loopt met ons mee naar buiten en wijst ons de weg naar een collega, waar we wel kunnen eten. Dat noem je nou eens collegiaal!
In het aangewezen restaurant loopt een hele vrolijke juffrouw rond, die ook nog een klein mondje Engels spreekt. Ze heeft er duidelijk plezier in om de Spaanse gerechten waarvan we niet meteen begrijpen wat het is aan ons in het Engels uit te leggen. Uiteindelijk komen we eruit wat de mogelijkheden zijn en krijgen we een uitstekend menu.


                                           Dag 3 zit er op slaap lekker!!

   
  
      

zaterdag 28 juli 2012

Dag 2 van Valenca do Minho naar O Porinno


Dag 2

Om 7.15 uur vertrekken uit ons Hostel. We hebben voor een vroege start gekozen om het uur tijd verschil met Spanje te overbruggen.
Richting het centrum van Valenca do Minho zien we van de andere kant al enkele Pelgrims lopen.
Eerst een blonde vrouw en daar achter een man en vrouw die wij herkennen van onze start in San Bento.
Gezamenlijk gaat het richting de stalen brug die de verbinding is tussen Portugal en Spanje.

 Vanaf de brug fotograferen we eerst Valenca do Minho en daarna Tui, twee prachtige steden. Over de brug worden we opgewacht door een aantal Spaanse douanebeambten die echter alleen maar goedkeurend knikken bij het binnen lopen van Spanje.Wij sluiten aan bij, wat later blijkt, een Duitse man en vrouw en we lopen met hen richting de kathedraal van Tui.
Na een forse klim naar boven vinden we de deur helaas nog gesloten.
Op het bordje bij de ingang staat dat de kathedraal om 9 uur open gaat en het is pas 8.45 uur, dus is het tijd om even de rugzak af te doen en een kleine “verplichte”pauze in te lassen.



De Duitse medepelgrim maakt zijn rugzak open en haalt een zak met ongeveer 3 kilo pruimen tevoorschijn. Hij vraagt vriendelijk of wij ook niet een handje vol willen nemen, want dat scheelt nogal in het gewicht.” Ik heb ze gisteren gekregen van mensen die langs de camino wonen”.
Gezellig pratend op de stoep bij de kathedraal en heerlijk genietend van zo’n fijn ontbijt ( dat hadden we nog niet gehad) gaat om 9.00 uur de deur open en krijgen we de eerste stempel van vandaag.
Het Duitse stel blijft nog wat na, ook al hebben ze verteld dat zij nogal wat tijd hadden verloren in Portugal en nu min of meer 30 km. per dag moeten lopen omdat ze anders het vliegtuig missen in Santiago de Compostela terug naar Duitsland.
10 minuten later vinden wij de eerste bakker die open is en besluiten hier een croissant en een stokbrood voor tussen de middag te scoren.
Binnen bij de bakker staat de blonde vrouw die we op de brug naar Tui ook al hebben gespot. Het blijkt later Anna te zijn, een Duitse uit Berlijn.
“Ik sta al een minuut of 5 te wachten en heb al een paar keer geroepen maar er komt niemand opdagen” zegt ze.
Opeens gaat er toch een raam open boven de winkel en er verschijnt een vriendelijke mevrouw. Zij komt naar beneden en helpt Anna en ons aan de croissants en het brood. Zelfs een half stokbrood is geen probleem.
Ook voorziet ze onze credencial weer van een stempel.
We lopen verder en verlaten Tui. Je kunt merken dat er hier veel pelgrims starten; het is gelijk wat drukker als in Portugal.
Dat komt waarschijnlijk doordat het vanaf Tui 115 km.lopen is naar Santiago de Compostela en dat is net iets meer dan de minimale afstand van 100 km. die zonder onderbreking gelopen moet worden om in aanmerking te komen voor de Compostela (een soort getuigschrift dat je aan de eisen hebt voldaan.)


Ook zien we al veel pelgrims zonder rugzak lopen. Die rugzakken blijken te worden vervoerd door een touroperator die veel van dit soort evenementen aanbied.
Dat is voor ons geen optie. Wij vinden dat het zo het doel voorbij schiet. Er mag best een beetje worden afgezien en het moet niet op een vierdaagse gaan lijken.
Het hoeft voor ons ook niet alleen een spiritueel uitje te worden.
Een combinatie van cultuur, sportief bezig zijn en spiritueel past het best bij ons om “de camino” een keer te doen en daar hoort het sjouwen van je eigen spullen ook bij.
Het is voor mij (Thomas) toch totaal anders dan in 2001. Toen heb ik de camino Portugues op de fiets gedaan, alleen. Ik geniet nu veel meer. Niet alleen dat wij samen lopen maar het is veel minder gehaast.
Soms lopen we uren alleen en filosoferen over van alles en nog wat.
Mijn gedachten gaan ook steeds terug naar wat onze familie de laatste tijd bezig houdt. We weten weer dat gezondheid het grootste goed is wat een mens heeft en dat in een flits de hele wereld op zijn kop kan staan.
We naderen het hoogste punt van de dag. Er hier is een waterpunt met bankjes plus een dak met veel schaduw ingericht.
Hier moeten we zelf een stempel zetten in onze credencial om te laten zien dat je hier voorbij bent gekomen. Er zijn ook maar twee mogelijkheden om langs dit punt te komen, namelijk te voet of op de fiets.
Als we de plaats verlaten zien we op een bankje in de zon Anna voorover gebogen liggen slapen. Zou het goed zijn met haar denken wij samen hardop, maar we durven haar ook niet te storen.In de brandende zon gaan pitten is niet alles weten we.
Dan komt het meest deprimerende stuk van de hele tocht: een industrieterrein met een lengte van ongeveer 6 km. met daarin een kaarsrecht stuk van 2.6 km.
Het is zondag en er is geen enkele auto te zien en niet één boom met wat schaduw en dat bij een temperatuur van 30+!
Na 7 uur stappen bereiken we O Porrino en vinden, na wat speurwerk, de hostal die wij telefonisch hebben geregeld.
Als we gaan eten zien we Anna gelukkig weer lopen en zeggen haar dat we een beetje ongerust waren om haar zo in de zon te zien liggen.
Ze wuift het weg en zegt geen probleem te hebben, gelukkig maar.
Dag twee zit erop!!